• Levensduur verlengen!
  • It's about details!
  • Kennispartner

optiMilk – Klauwgezondheid

Klauwaandoeningen zijn een veel voorkomend probleem in de (Nederlandse) melkveehouderij. Uit promotieonderzoek blijkt dat circa 80% van de koeien op enig moment in het jaar, last heeft van klauwaandoeningen (Veeteelt 2010). Bij ongeveer een kwart van deze dieren is dit ook zichtbaar in de vorm van kreupelheid. Gemiddeld worden de kosten van klauwaandoeningen geschat op zo’n € 53 per aanwezige koe (Veeteelt 2010). De ziekte van Mortellaro kost de veehouder het meest, gevolgd door zoolzweren en stinkpoot. Klauwaandoeningen hebben allerlei gevolgen waaronder verminderde melkproductie, langere tussenkalftijd, gedwongen afvoer etc. Zo blijkt uit onderzoek dat klauwaandoeningen op nummer drie staat als het gaat om redenen voor het afvoeren van melkvee (Zijlstra et al. 2013). In onderstaande tabel 2 worden alle kostenfactoren als gevolg van klauwaandoeningen opgesomd (Veeteelt 2010). Voldoende reden dus om klauwgezondheid serieus te nemen.

Alle klauwaandoeningen zijn in twee categorieën op te delen, namelijk infectieuze en niet-infectieuze aandoeningen. Infectieuze aandoeningen zijn het gevolg van problemen met de huid, en niet zozeer met de klauw zelf. Voorbeelden hiervan zijn stinkpoot, mortellaro, tussenklauwontsteking en tyloom. Niet infectieuze aandoeningen waaronder zoolbloedingen, witte lijn defecten en zoolzweren vinden vaak hun oorsprong in het rantsoen, huisvesting en kwaliteit van de klauwen zelf (GD 2018).

Hieronder worden de belangrijkste aandoeningen beschreven, aangevuld met de behandelmethodes en preventiemaatregelen.

Dermatitis Digitalis of ziekte van Mortellaro

De ziekte van Mortellaro is de meest voorkomende klauwaandoening bij melkvee. In 1974 is deze aandoening voor het eerst beschreven door Professor Mortellaro, waar ook de naam van de aandoening vandaan komt.

Mortellaro is een infectie van de huid op de overgang van huid naar hoorn en is meestal te zien tussen beide klauwen, in het zogenaamde balgebied. Zichtbaar is een rode – aardbei-achtige – leasie met een karakteristieke geur. Het is een voor de koe pijnlijke aandoening. De aard van de aandoening wordt in vijf categorieën ingedeeld, namelijk M0 tot M4, waarbij M4 als chronisch wordt beschreven.

Mortellaro

1 = licht

  • ronde-ovale plek < 2 cm
  • vaak overgang huid-hoorn
2 = matig

  • ronde-ovale plek  2 – 4 cm
  • vaak overgang huid-hoorn
3 = ernstig

  • ronde-ovale plek > 4 cm
  • vaak overgang huid-hoorn

Oorzaak van de ziekte van Mortellaro is een infectie met de Treponema bacterie. Deze opgerolde bacterie graaft zichzelf een weg in de huid als een kurkentrekker en zal in de diepere huidlagen een ontsteking veroorzaken (Lammers 2016). Behandeling van deze ziekte bestaat uit het preventief behandelen van de klauwen, regelmatig gebruik van voetbaden en een droge leefomgeving. Het uitroeien van de aandoening is lastig en komt zelden voor, waardoor herhaling van behandelingen nodig is. Vaccineren tegen de ziekte van Mortellaro is al wel beschreven in de literatuur maar alleen op kleine schaal en met wisselend succes (Palmer 2015).

Stinkpoot

Stinkpoot is een infectie van de tussenklauwhuid veroorzaakt door Bacteroides nodosus. Het geeft een pijnlijke zwelling en heeft een typische geur, vandaar de naam stinkpoot. Deze aandoening is vaak een voorloper, of komt in combinatie met, mortellaro (Lammers 2016).

Stinkpoot

1 = licht

  • stinkende aantasting
    tussenklauwhuid/eczeem
  • enkele oppervlakkige
    hoorndefecten balgebied
2 = matig

  • stinkende aantasting
    tussenklauwhuid/eczeem
  • één of enkele V-vormige
    kloven in het balgebied
    (niet tot aan het leven)
3 = ernstig

  • stinkende aantasting
    tussenklauwhuid/eczeem
  • zoolzweer in kloof
  • pijnlijke zwelling huid
    balgebied

Een goede hygiëne in de stal, door schone boxen en weinig mest op de roosters, helpt om stinkpoot tegen te gaan. Behandeling van stinkpoot bestaat uit het wegsnijden van het overtollige hoorn. Dit in combinatie met een goed voetbad, waardoor de klauw gedesinfecteerd wordt, maakt dat stinkpoot weinig kansen krijgt.

Tussenklauwontsteking

Tussenklauwontsteking is een ontsteking van het weefsel van de tussenklauwspleet.

Het ontstaat altijd door beschadiging, bijvoorbeeld door steentjes, ongelijke vloeren, mestschuiven etc. Door beschadiging kunnen bacteriën, m.n. fusobacterium, binnendringen en weefsel beschadigen waardoor het afsterft. Koeien kunnen koorts krijgen en verminderde eetlust als gevolg van de ontsteking. Behandeling is vaak gericht op bestrijden van de bacteriën en verlaging van de koorts middels antibiotica en/of penicilline. Depocilline is hiervoor een veel gebruikt antibioticum (Lammers 2016).

Wittelijn ziekte

De zogenaamde witte lijn is de verbinding tussen de zoolhoorn en de wandhoorn. De structuur ervan is zacht, daarom is het ook een kwetsbaar gebied. Bij de witte lijn ziekte is de klauwhoorn vaak beschadigd, veroorzaakt door steentjes of andere harde voorwerpen. Bij beschadiging kunnen bacteriën gemakkelijk binnendringen en ontstekingen veroorzaken.

Witte lijnziekte

1 = licht

  • witte lijnontsteking of
    loslating
2 = matig

  • witte lijnontsteking of
    loslating
3 = ernstig

  • wandzweer (draagrand)

Door goed te bekappen kan de ontsteking ‘los’ komen en na goede desinfectie van de wond kan het weer genezen. Vaak wordt er ook een blokje onder gezet om de druk van dit gebied van de klauw te verminderen (Lammers 2016).

Zoolbloedingen

Zoolbloedingen is de meest voorkomende – niet infectieuze – klauwaandoening bij melkvee. Zichtbaar zijn bloedinkjes in de zoolhoorn met als gevolg dat in ernstige gevallen de koe zichtbaar kreupel loopt. Oorzaken worden vaak gezocht in voeding, maar ook de belasting (koecomfort) speelt een belangrijke rol. Wanneer ligboxen te weinig comfort geven, zullen koeien langer staan waardoor er meer druk op de klauwen komt. Dit werkt zoolbloedingen in de hand. Ook pensverzuring kan een belangrijke oorzaak zijn van deze aandoening, evenals mycotoxines. Beide kunnen de hoorngroei beïnvloeden waardoor bloedingen kunnen ontstaan.

Zoolbloeding

1 = licht

  • geelverkleuring over het
    hele oppervlak of een
    enkele bloeding in de zool
2 = matig

  • bloedingen in de zool
  • 20 – 50% van het oppervlak
3 = ernstig

  • grote bloedingen
  • loslatingen zool over een
    groot oppervlak

Behandeling van zoolbloedingen bestaat uit het wegsnijden van de bloedingen, eventueel aangevuld met het zetten van een blokje. Nóg belangrijker is om zoolbloedingen te voorkomen door rantsoen en koecomfort zo optimaal mogelijk te laten zijn. Zoolbloedingen worden ook wel eens een symptoom genoemd, dus met een andere achterliggende oorzaak. Het is dus belangrijk om naast behandeling van de bloeding, de achterliggende oorzaak te achterhalen.

Zoolzweer

Een zoolzweer is min of meer het eindstadium van zoolbloedingen. Bij een zoolzweer ontstaat er een gaatje in de zool. Hierdoor kunnen bacteriën gemakkelijk de klauw in komen en schade aanrichten. Meestal komt een zoolzweer voor in de buitenste klauw van de achterpoten. Vaak gaat het gepaard met stinkpoot. Omdat er bij stinkpoot overtollig hoorn wordt aangemaakt is de drukverdeling ongelijk wat zoolzweren in de hand werkt.

Zoolzweer

1 = licht

  • kneuzing op een typische plek
2 = matig

  • zware kneuzing op typische
    plek
3 = ernstig

  • gat in de zool, kan uitpuilen,
    erg pijnlijk

Ook bij zoolzweren wordt de oorzaak vooral gezocht in voeding en koecomfort. Verder is beschreven dat het (langdurig) toedienen van biotine een positief effect heeft.

Concluderend kan worden gezegd dat er meerdere klauwaandoeningen zijn met meerdere achterliggende oorzaken en ook meerdere gevolgen. Behandeling focust zich met name op goede hygiëne en een goede koecomfort. Daarnaast is ook een goed uitgebalanceerd rantsoen een voorwaarde voor optimale klauwkwaliteit.